Laat ik eerst en vooral mijn relaas beginnen met te benadrukken dat iedereen vooral moet doen waar hij/zij zich het beste bij voelt. Wil je om wat voor reden ook een pup? Doen, zou ik zeggen. Op voorwaarde dat:
- Je weet waaraan je begint inzake tijd, verzorging, opvoeding enz.
- Je ‘m niet bij de eerste de beste broodfokker haalt
- Je voor ‘m zorgt tot het einde en ‘m niet na een jaar “dumpt” onder de vorm van één of ander slap excuus
Verder ga ik mij er niet mee bemoeien, beloofd 😉.
Waar het hart van vol is…
…dat belandt vroeg of laat in je huis 😊. Mooi alternatief op het spreekwoord, niet? In dit geval gaat het – hoe kun je ’t raden – over een Berner. Wie mij ook maar een béétje kent of al eens goed op de website heeft rondgesnuffeld, weet dat ik helemaal “Berner-verslaafd” ben en dat ik het voorrecht heb om doorheen de jaren al voor menig Berner- en andere beer gezorgd te mogen hebben. Wat wil je ook: het zijn zo’n lieve, zachtaardige beren ❤.
Niet de eerste de beste
De soap begint eind januari van dit jaar, na het invullen van de zoveelste intake bij Stichting Charlotte’s Angels. Je zal ongetwijfeld begrijpen dat niet elke hond in mijn situatie past. Hij of zij moet immers kunnen gedijen in een vaak wisselende roedelsamenstelling. Dus hoewel iederéén best grondig screent of een hond al dan niet past in de situatie (nee, het gaat niet enkel om welk ras je mooi of leuk vindt), moet ik dan nog veel meer doen.
Op een mooie dag stonden er twee Sint Bernard-dames ter adoptie. Nog steeds. Ze werden opnieuw gepost, want er was simpelweg nog geen enkele intake voor de dames binnengekomen. Impulsief en ‘schrijf-minded’ als ik ben, reageer ik, mij van geen kwaad bewust: “Tja, ik vul geen intakes meer in. Ik maak toch nooit een kans.” Niet dat de dames bij mij zouden passen, want ze moesten samen geplaatst worden en gedijden niet in een grotere roedel.
Relletje
Op een mooie dag, enkele dagen na mijn daad, kreeg ik telefoon van de stichtster: dat ik was geblokkeerd. Hoezo dan? Ik had dus, zonder het te beseffen, een klein relletje ontketend. Heel wat mensen uitten op mijn post hetzelfde ongenoegen: hun tuin was te klein, de omgeving was niet goed, geen hond als je op een flat woont, de hond zou te vaak alleen zijn, en ga zo maar door. Redenen te over waarom zij geen hond toegewezen kregen.
Het was uiteraard niet mijn bedoeling om opschudding te veroorzaken, maar ik begreep de frustratie van die mensen wel, aangezien ik die zelf ook had. Maar evengoed begrijp ik de stichting: 1 hond kan je maar aan 1 baasje toevertrouwen, terwijl er soms wel tientallen of zelfs honderden kandidaten zijn (voor een pup bijvoorbeeld).
Alleszins was hierdoor wel de boodschap luid en duidelijk: ja, ik was op zoek naar een Berner (of Sint Bernard of kruising): DE Berner voor De Hondhaalmoeder. En warempel: er was er eentje die geschikt was voor me. We zijn nog steeds januari 2025.
Toeval bestaat niet
Om te vermijden dat deze blog een roman wordt, sla ik een hoop minder relevante stappen over en springen we naar begin april 2025. Bo, de Berner die mij was toegewezen, zou op 4 mei hierheen komen. Waarom dan pas? Omdat ik ‘m heel bewust niet wilde introduceren in april omdat het dan veel te druk was. De hond moet namelijk wennen aan nieuwe mensen, een nieuwe omgeving, zijn vertrouwde mensen en omgeving missen, … En dan nog eens die opvang erbij? Nee, dat zou teveel van het goede zijn voor Bo. Daarom kozen we zeer gericht een rustiger moment uit.
We schrijven 3 april wanneer Patricia van Beer’s Huisje me contacteert: er is een Berner teruggekomen en of ik interesse heb om ‘m te adopteren… Ik kon wel janken. Weet je hoe dat vaak gaat met werk zoeken? Je solliciteert je rot en je vindt maar geen job. En op een mooie dag heb je plots meerdere aanbiedingen. Dergelijk gevoel had ik nu. Ik vertel haar hoe de vork in de steel zit en dat ik haar op de hoogte zou houden over hoe het 4 mei zou verlopen.
Op 7 april contacteer ik haar alweer: Bo komt niet. Hij blijft uiteindelijk dan toch bij zijn huidige eigenaar. Dat wist de Stichting mij enkele dagen later te vertellen.
The big day
Zaterdag 26 april was the big day: wij naar het verre West Vlaanderen om Rex op te halen. Ik voelde me als een kind dat op Sinterklaas zat te wachten 🙈🤪. Waar ik met Bo een voor mij ongekend engelengeduld aan de dag kon leggen, gierden de adrenaline nu door m’n lijf. Dit voelde gewoon goed!
Maar… Wat als we 2u helemaal naar Kortemark reden en Rex tijdens de ontmoeting er helemaal anders over zou denken? De klik moet er zijn natuurlijk, langs beide kanten.
Uiteindelijk bleek mijn paniek onnodig want Rex was zoals we van een stabiele Berner mogen verwachten: een enthousiast blij ei.
New home
Toen we uiteindelijk thuis aankwamen met ‘m, drentelde hij de tuin in alsof hij nooit anders had geweten. Hij leek zich vanaf de eerste seconde thuis te voelen en zelfs Oona leek, weliswaar op haar manier, haar nieuwe roedelgenoot wel te waarderen. Op het moment dat ik dit schrijf, vraag ik me nog steeds af vanaf wanneer ze zal doorhebben dat Rex geen logé is maar een gezinslid 😊.
Happy end
Dit relaas wilde ik je niet onthouden: onze reis naar ‘het perfecte nieuwe gezinslid’. Oftewel: hoe het kan verkeren…
Rex doet het super goed in de opvang. Alles en iedereen is zijn vriend. Spelen is zijn lang leven, maar hij neemt ook zelf zijn rust, hetgeen uiteraard cruciaal is. De logeerhonden zien in hem een fijne metgezel. De dagopvanghonden gaan ’s avonds moe en voldaan weer naar huis na een dagje spelen en ravotten (en ook rusten, dat moet van De Hondhaalmoeder 😉).
Willen jij en je grote viervoeter ook graag kennismaken met Rex? Vul dan snel de intake in en ik contacteer je graag voor een gratis en vrijblijvende kennismaking.
Tot gauw!